Nederlandse Cellenbeton Vereniging

home page inhoudsopgave

Hoe wordt cellenbeton gemaakt?

Cellenbeton wordt geproduceerd onder beheersbare omstandigheden en dat is een voorwaarde voor kwaliteit. In de fabrieken worden de grondstoffen kalk, cement en kwartszand nauwkeurig gemengd, want het aanhouden van de verfijnde receptuur is belangrijk. Daarna wordt water toegevoegd en ook een uiterst kleine hoeveelheid aluminiumpoeder. Zo ontstaat een mengsel dat in mallen wordt gegoten.



Als het om de fabrikage van gewapende elementen gaat, zijn de mallen (grote stalen vormen) gevuld met nauwkeurig gepositioneerde wapeningsnetten. Die hoedanigheden van de wapeningsnetten zijn tevoren door rekenprogramma's bepaald. Als het om de productie van blokken gaat, wordt geen wapening toegepast. De mallen worden ten dele gevuld met het mengsel. Al gauw rijst het mengsel als het deeg van ons dagelijks brood, ze verstijft en vult mettertijd de gehele mal. Door natuurlijke reacties ontstaan namelijk minuscule belletjes, gevuld met waterstofgas dat ook in de vrije natuur in ruime mate voorkomt. Dit waterstofgas wordt door de veel zwaardere omgevingslucht verdreven.



Als het mengsel is verhard -men spreekt wel eens over de cake- worden de wanden van de mallen verwijderd en wordt het geheel opgepakt en in een snijmachine gevoerd. Die snijdt alleen in langsrichting als er wapeningsnetten in de mallen aanwezig zijn en in langs- én dwarsrichting als er blokken worden geproduceerd.



Vervolgens worden de gesneden producten in hun totaliteit in een autoclaaf geplaatst. In een dergelijke lange, stalen ketel heerst een temperatuur van 180 à 190 graden Celsius onder een druk van verzadigde stoom van ongeveer 10 - 12 bar. Na zes tot twaalf uur is het harde cellenbeton ontstaan dat zo nodig nog wordt bewerkt (frezen, zagen), gecodeerd en verpakt.